zondag 14 juni 2015

Hilarisch spel met de geschiedenis

Connie Willis,
To Say Nothing of the Dog (VS 1998)
Roman, 493 pp.
Schandalig genoeg niet in het Nederlands vertaald
Herlezing

Het was juli 2001 en ik was onderweg naar het Verre Oosten met een heel raar vluchtschema: eerst een uurtje vliegen naar Frankfurt, daar 7 uur wachten en dan pas op het vliegtuig naar Beijing. Ik kon natuurlijk de wachttijd doden door samen met mijn reisgenoten de luchthaven van voor naar achter en boven naar onder te doorkruisen, maar een echte lezer peinst daar niet over. Die zoekt een rustig plekje op en stort zich op een dik en onderhoudend boek. Zo kwam het dus dat ik me ergens in een rustig barretje nestelde en een boek van een voor mij onbekende schrijver open sloeg. Binnen de kortste keren was ik helemaal verkocht. Zo nu en dan zag ik mijn reisgenoten steeds wezenlozer voorbij komen sjokken, maar voor de rest van de tijd was ik van de wereld. Ik bevond mij voor het grootste deel in Victoriaans Engeland in een landhuis, maar zo nu en dan was ik ook even in 1940 in de kathedraal van Coventry en op de Oxfordse universiteit van 2057. De hoofdpersonen van dit boek (allen historici) reizen namelijk druk heen en weer in de tijd en ik reisde mee.

Verteller is de jonge geschiedkundige Ned Henry. Hij is veel te vaak achterelkaar naar het verleden gestuurd en heeft nu last van zware time-lag, waarvan de voornaamste kenmerken zijn: (1) ernstige desoriëntatie, (2) het onvermogen om te begrijpen wat er tegen je gezegd wordt en (3) de neiging om sentimentele taal uit te slaan. Als een collega hem dus in 1940 betrapt op het houden van een vreselijk weeïge monoloog tegen een hond wordt hij onmiddellijk teruggebonjourd naar 2057. Daar besluit men om hem lekker uit te laten rusten in 1888, op het Engelse platteland. Hij moet daar dan wel even iets belangrijks mee naar toe nemen, maar mag, als hij dat eenmaal heeft afgeleverd, twee weken  uitrusten in de negentiende eeuw. Vanwege symptoom (2) krijgt Ned niet goed mee wat hij nu precies af moet leveren en belandt hij vlak in de buurt van het station van Oxford met een enorme berg bagage en geen idee wat er van hem verwacht wordt. Hij besluit naar het station te lopen in het vertrouwen dat daar vast een contactpersoon uit 2057 klaar staat, die weet wat hij moet doen. Het loopt allemaal anders.....

Dit is één van mijn favoriete komedies aller tijden en bij herlezing was hij nog net zo grappig als de eerste keer. Het verhaal is ook spannend, want de lezer weet net zo weinig als Ned en vraagt zich voortdurend af hoe het allemaal verder zal gaan en wat hij toch af moet leveren en aan wie. Omdat het een komedie is, loopt het natuurlijk goed af, maar voordat we zover zijn, moet er eerst van alles mis gaan. Willis bevolkt haar Victoriaanse platteland met allerlei lachwekkende figuren uit de gegoede middenklasse, zoals een snobistische matrone met interesse voor spiritisme, haar kirrende en gilletjes slakende dochter die geheel in rouches gekleed gaat, een kolonel die in telegramstijl praat, een verstrooide geschiedenisprofessor die een vete met een collega uitvecht, en uiteraard een louche medium. Maar mijn favoriete karakters zijn de sullige aanvallige bulldog en het verwende eigenwijze katje. Zonder ze ook maar een moment te vermenselijken Willis weet precies het wezen van honden en katten neer te zetten en ze ontzettend grappige bijfiguren te maken.

Het is vooral Willis's schrijfstijl die het verhaal ver boven het niveau van een sitcom uit doet stijgen, en de vele knipogen naar Victoriaanse kunst en literatuur maken het vooral voor wie redelijk goed in thuis is in die periode enorm vermakelijk. De titel komt regelrecht uit de negentiende eeuw en is de ondertitel van het heerlijke Three Men On a Boat van Jerome K. Jerome, die even langskomt in de meest letterlijke zin van het woord. Maar ook The Moonstone van Wilkie Collins speelt een rol in de plot. Ook heerlijk is hoe Willis ons een spiegel voor houdt door ons te laten zien dat de Victorianen graag ontzettend graag modern wilden zijn. Dit is de dominee van het middeleeuwse plattelandskerkje: "Our poor parish church is in such desperate need of restoration. Why, the baptismal font dates back to 1262. And the windows! Hopelessly mediaeval! If our fete is a success we hope to purchase all new ones!" Hoe herkenbaar. Het keerpunt in de roman is zelfs een heftige discussie over (toenmalige) hedendaagse kunst tussen de perfecte butler en het kirrende jongedametje, waarbij de butler een door haar zeer bewonderde kitschvaas in een onverwachte uitbarsting uitmaakt voor "cluttered, artificial, and, mawkishly sentimental, intended to appeal to the aesthetically uneducated middle class" en prompt ontslagen wordt, wat vergaande gevolgen zal blijken te hebben.

De plot is lekker ingewikkeld, heeft enorm veel vaart, en het maakt niks uit als je niet alle literaire verwijzingen mee krijgt of zelfs als je niet alle plotdetails snapt. Het verhaal is zelfs op het niveau van de afzonderlijke scènes geestig genoeg. Er zijn steeds weer van die kleine observaties die je de doen glimlachen. Als Ned in 1888 een bazige, rijke oude dame een stationsportier ziet koeioneren, zegt Ned bij zich zelf: "I hoped she’d lasted well into the Twenties and had to put up with cigarettes and the Charleston."

Hoewel dit strikt genomen science fiction is (het heeft als uitgangpunt de toekomst) besteedt Willis maar weinig aandacht aan de techniek uit die tijd, net genoeg om een beetje duidelijk te maken hoe het tijdreizen ongeveer werkt. Waar het boek veel meer mee bezig is, is de vraag in hoeverre de uitstapjes van de historici naar het verleden de loop van de geschiedenis kunnen veranderen, en Neds missie is voor een deel ingegeven door een poging om een eerder ingrijpen in de geschiedenis recht te zetten. Want het is een chaotisch systeem en kleine gebeurtenissen kunnen enorme gevolgen hebben. De personages in 2057 filosoferen er vrolijk op los over dat onderwerp, maar ook dat is niet het belangrijkste. Waar het dan wel om gaat in dit boek? Welnu, dat is heel eenvoudig: dat is het pure plezier van een vreselijk leuk geschreven verhaal rond misverstanden, clichés die soms net even omgedraaid worden en het uitpuzzelen hoe het allemaal in elkaar zit. Over 14 jaar ga ik het weer lezen.

PS Aarzel niet om je eigen commentaar toe te voegen. Ik stel het zeer op prijs als mensen de moeite nemen om reacties of aanvullingen te plaatsen! Heb je dit boek besproken op je eigen blog? Plaats dan s.v.p. een link bij de reacties.

11 opmerkingen:

  1. Nee, maar we hadden afgesproken dat jij rotboeken zou lezen.
    *zuchtend het lijstje erbij pakt*

    BeantwoordenVerwijderen
    Reacties
    1. Ik beloof je plechtig dat mijn eerstvolgende bespreking er één van op zijn hoogst 3 sterren wordt.

      Verwijderen
  2. Ik kan er niets aan doen, maar ik heb dit boek meteen besteld. Het lijkt me heerlijk en de vakantie komt eraan, dus ik kan wel een leuk, mooi, spannend, grappig boek dat rommelt met de tijd gebruiken, dat me helemaal meeneemt.
    Dus dank!!

    Groetjes,

    BeantwoordenVerwijderen
    Reacties
    1. Heel verstandig, Bettina. Voor een geschiedkundige is dit helemaal een verrukkelijk boek! Bovendien vind ik dat de kunst van het komedieschrijven wordt onderschat en promoot ik maar wat graag een boek dat die kunst zo goed beheerst.

      Verwijderen
  3. Timey-wimey, dat spreekt me wel aan. Ik had in mijn hoofd dat dit een vervolg was op Doomsday Book, of is het toch een standalone? Ik wist eerst niet dat de mooie titel een verwijzing was naar Three Men in a Boat. In mijn exemplaar van TMiaB staat die ondertitel namelijk niet :-(

    BeantwoordenVerwijderen
    Reacties
    1. Het is onderdeel van de 'serie' Oxford Time Travellers, maar een echte serie is dat niet. Ze hebben alleen de Oxfordse tijdreizigers gemeen. Dit boek staat dus gewoon op zichzelf. Doomsday Book wil ik trouwens ook graag herlezen.

      Verwijderen
  4. Reacties
    1. Ik zie dat een ander boek van dezelfde schrijver en ook over tijdreizen wél is vertaald en het staat hier in de bieb. De titel is Doomsday book en de vertaling heet Zwarte winter.

      Verwijderen
    2. Ja, dat boek ken ik, Barbara, en zoals je hierboven in het commentaar kunt zien staat het op de herleesnominatie. Het is overigens een heel ander boek dan TSNotD: niet bepaald een komedie, maar wel een razendspannend verhaal over een tijdreizigster die in de pestepidemie van (pak 'm beet) 1348 terecht komt.

      Verwijderen
  5. Ondanks dat mijn boekenstapel voor de vakantie al torenhoog is, heb ik dit boek toch ook maar aangeschaft – het klinkt onweerstaanbaar. Dank voor de tip!

    BeantwoordenVerwijderen
    Reacties
    1. Alvast veel plezier, Johanna. Ik vond het een verrukkelijk vakantieboek.

      Verwijderen