Pagina's

vrijdag 26 november 2010

Aimez-vous Bach?

Eric Siblin,
The Cello Suites: In Search of a Baroque Masterpiece (VS 2009)
Muziek, 270 pp.
Niet in het Nederlands verkrijgbaar


Siblin was een popmuziekjournalist zonder speciale belangstelling voor klassieke muziek, toen hij toevallig een keer bij een opvoering van de Cello Suites van Bach terecht kwam. En wat gebeurde er? Hij was verkocht. Totaal. Zo totaal dat hij gedreven werd zich helemaal te verdiepen in deze suites voor één enkele kale cello - schitterende muziek, maar niet meteen Bachs populairste of meest toegankelijke werk.

En zo ontdekte Siblin dat het oorspronkelijke manuscript van dit werk verdwenen is, en dat alleen de kopie die zijn tweede vrouw Anna Magdalena maakte is overgeleverd. Ook ontdekte hij dat de suites minstens anderhalve eeuw in het vergeetboek waren geraakt en nooit meer werden uitgevoerd, totdat de beroemde cellist Pablo Casals ze ongeveer een eeuw geleden aan de vergetelheid ontrukte. Nu zijn er tientallen uitvoeringen van dit werk - kijk de iTunes Stores en YouTube er maar op na. Zelf heb ik de cd met Yo-Yo Ma, maar uit het boek van Siblin blijkt dat ook onze landgenoten Anner Bijlsma en Pieter Wispelwey wereldberoemd zijn geworden met de suites. Ze worden allebei regelmatig geciteerd en opgevoerd.

Maar hoe kun je nou voor de geïnteresseerde leek, niet zijnde een muziekwetenschapper of geschoolde musicus, een interessant boek schrijven over een stel oude muziekstukken voor solocello? Siblin heeft dat aldus gedaan: hij heeft het boek opgedeeld in 6 hoofdstukken, waarbij elk hoofdstuk correspondeert met één suite, van 1 tot 6. Elk hoofdstuk is weer onderverdeeld in de dansen die de suites uitmaken, waarbij de eerste dansen steeds over het leven van Bach gaan, de volgende over Pablo Casals en de laatste over Siblins eigen ontdekkingstocht.

In heb begin vond ik dat wat geforceerd en gekunsteld, een boek in zo'n structuur persen, maar na enige tijd kwam ik er in. Het ontstaan van de suites in relatie met Bachs leven, zijn huwelijken, de kinderen waarvan er zoveel vroeg stierven, de vorstendommetjes waar hij voor werkte - ik vond het als groot liefhebber van zijn muziek steeds interessanter werden. Ik begon mee te leven met het wel en wee in zijn familie en de vaak vergeefse pogingen om hogerop te komen; ik kreeg een klein glimpsje van de persoonlijkheid van de man: ouderwets en niet helemaal passend in zijn eigen tijd, ambitieus maar niet glad genoeg om bij de rijke prinsen in het gevlei te komen.

Van Pablo Casals wist ik vrijwel niets (behalve dan dat hij cello speelde, want ik heb een opname van hem van Max Bruchs fantastische Kol Nidrei) en al helemaal niet dat hij zo'n dramatisch leven had gehad en zich dat hele lange leven niet alleen had ingezet om Bachs cellosuites weer terug te geven aan de wereld, maar dat hij zich ook met hart en ziel had geworpen in de strijd vóór Catalaanse onafhankelijkheid en tegen het fascisme van Franco en zijn voorgangers.

Daarnaast ben ik heel veel te weten gekomen over de muziek zelf en over het muziekleven in de achttiende eeuw, een periode die sowieso mijn interesse heeft. Mensen als Bach waren ofwel in dienst van één van de ontelbare vorstendommetjes die Duitsland destijds was of van een kerk. Ze gaven leiding aan de hofkapel of moesten het kerkkoor onderwijzen, iets waar Bach merkbaar de pest aan had. De cello was in de achttiende eeuw een veel minder populair instrument dan nu; de viola da gamba was veel belangrijker. Het is daarom een beetje een raadsel waarom Bach de suites juist voor dit instrument componeerde.

Mensen met weinig interesse voor klassieke muziek zal dit boek waarschijnlijk niet zoveel zeggen. De levens van Bach en Casals en Siblins eigen pogingen om de suites te doorgronden komen pas tot leven als je ook van de muziek houdt. In dat geval kan ik dit boek echter zeker aanraden. Siblins journalistieke stijl schiet soms door in opgewonden lyriek, hij heeft wel eens de neiging om teveel details te geven over de mensen die hij interviewt (de oprijlaan van het huis van cellist Mischa Maisky laat mij bijvoorbeeld koud en ik hoef ook niet te weten dat hij een zwart t-shirt aanheeft), maar afgezien daarvan was dit een hele boeiende onderdompeling in een prachtig muziekwerk en alles wat er mee te maken heeft.



8 opmerkingen:

  1. Leuk! Ik kende het boek niet dus die gaat meteen op de verlanglijst. Om een beetje thuis te raken in de cellosuites heb ik de partituur aangeschaft, hoewel ik zelf geen instrument bespeel. Mijn fasvoriete uitvoering is die van Jaap ter linden op een barokcello (label Harmonia Mundi). Ken je het boek The Fencing Master van Anner Bylsma? Daarin geeft hij zijn visie op de suites, hoewel dat meer musicologisch van aard is.

    groet,

    Koen

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Knap om zo'n boek te schrijven. Mij interesseert het niet zo, maar had ik ook maar enige belangstelling voor Bach, dan was dit vast een mooi boek.

    Mooie recensie!

    BeantwoordenVerwijderen
  3. The Fencing Master ken ik niet, maar het lijkt me een beetje boven mijn muzikale pet gaan.
    Ik heb net wat stukjes van de uitvoering van Jaap ter Linden op iTunes beluisterd: klinkt heel anders (ijler en ingetogener) dan de robuste interpretatie van Yo-Yo Ma, maar beslist niet minder mooi. Misschien dat ik hem wel aanschaf voor mijn iPod!

    BeantwoordenVerwijderen
  4. Ik vind het ook knap dat iemand een structuur voor zo'n boek kan bedenken die aanvankelijk vergezocht lijkt, maar het onderwerp uiteindelijk op een originele en overtuigende manier tot leven brengt.

    BeantwoordenVerwijderen
  5. De uitvoeringen van Maisky ken ik via YouTube, prachtig vind ik. Siblins boek zet ik nu meteen op m'n verlanglijstje. Dank voor deze tip en de mooie recensie.

    BeantwoordenVerwijderen
  6. Hoi Anna, ik ben een fan van de cellosuites van Bach dus dit boek zal ook wel wat voor mij zijn.

    BeantwoordenVerwijderen
  7. Denk ik ook, Erik. Het boek is inmiddels ook in Nederlandse vertaling verschenen (De cellosuites).

    BeantwoordenVerwijderen