
vrijdag 25 november 2022
Op bezoek in het Chinese dodenrijk

zondag 14 november 2021
Lang leve het kapitalisme. Of niet?

The Singapore Grip (Ierland 1978)
Roman, 568 pp.)
Niet in het Nederlands vertaald
Ik vind Farrell een briljant schrijver, maar zijn ironie en satire zijn niet voor iedereen. Dat bleek wel uit de reacties op de tv-serie die naar dit boek is gemaakt. De zwartkomische toon uit de roman is opvallend goed getroffen, ontdekte ik toen ik die even later las, en de Farrell-fans waren er net zo enthousiast over als ik. Maar de rest van de kijkers had er duidelijk niks van begrepen en nam alles veel te letterlijk. Klagen over onsympathieke personages als die nadrukkelijk zo zijn bedoeld, namelijk om een op een satirische manier een boodschap over te brengen, slaat helaas de plank volledig mis.
Een mooie test is het onderstaande citaat over het ontstaan van Singapore als een handelspost in de jungle en de meteen daaropvolgende explosie van commerciële activiteit. Neem het eens goed door.
Down there in the city, taking the place of the rats and the centipedes which had once made it their home, seething, devouring, copulating, businesses rose and fell, sank their teeth into each other, swallowed, broke away, gulped down other firms, or mounted each other to procreate smaller companies, just as they do elsewhere in other great capitalist cities.
Lees je hier een metaforische maar neutrale of zelfs positieve beschrijving in (er wordt immers gesproken over 'great capitalist cities')? Of zie je de passage als zwaar ironisch en daarmee kritisch op een wijze die verpakt is in beeldspraak, maar voor de goede verstaander onmiskenbaar is? Ik ben wel benieuwd wat anderen hier van maken. Ironie is iets waar je oog voor moet hebben en is daarom iets dat veel lezers en kijkers gemakkelijk ontgaat, maar je kunt het wel degelijk aanleren door zorgvuldig lezen. En dan biedt dit boek ontzettend veel plezier.
zondag 29 augustus 2021
Smullen van een tijger

Yangsze Choo,
The Night Tiger (Maleisië 2019)
Roman, 386 pp.
Niet in het Nederlands vertaald
Dit is nou typisch wat Hella zo smakelijk een smulboek noemt. Het pretendeert geen Hoge Literatuur te zijn, maar het is wel uitstekend geschreven en het sleept je heerlijk mee. Het heeft alles voor een fijne leeservaring: een interessante plot met elementen ontleend aan oude Chinese filosofie en mythologie, een weelderig beschreven exotische setting in de vorm van het Maleisië van 1931 en twee bijzondere hoofdpersonen. De ene is een Chinese jonge vrouw die stiekem in een dancehall werkt en de andere is een Chinees weesjongetje van een jaar of tien dat zijn tweelingbroertje zo mist. En niet te vergeten: er is een afgehakte vinger die zoek is geraakt en die absoluut binnen 49 dagen gevonden moet worden. Tenslotte is er de nachttijger, die niemand te zien krijgt, maar die wel afgekloven lichaamsdelen achter lijkt te laten en die volgens sommigen een weertijger is, waarover zo meteen meer. En - maar dat spreekt bijna vanzelf bij een smulboek - er is een flinke dosis spanning, mysterie en een snufje romantiek.
zondag 15 oktober 2017
De eenvoudige dromer en de rijke overlever
The Great World (Australië 1991)
Roman, 338 pp.
Nederlandse titel: De grote wereld
Voor wie hem niet kent: David Malouf is één van de belangrijkste Australische schrijvers en startte zijn literaire carrière als dichter. Dat laatste is meteen te merken als je aan dit boek begint. Malouf is een kunstenaar: zijn blik is diepgravend en origineel, en hij kan wat hij ziet en aldus doorgrondt jaloersmakend knap in woorden omzetten. De andere parallel met een gedicht is dat de betekenis van het verhaal zich pas vrijgeeft na zorgvuldige bestudering en dat de plot - voorzover die er is - niet bedoeld is om meeslepend te zijn. Allemaal redenen waarom ik dit boek waarschijnlijk helemaal op het verkeerde moment las. Of misschien ben ik wel niet de juiste lezer voor Malouf, dat kan ook.
vrijdag 2 augustus 2013
Geleend landschap
The Garden of Evening Mists (Maleisië 2012)
Nederlandse titel: De tuin van de avondnevel
Roman, 352 pp.
Het begint als een sprookje. "On a mountain above the clouds once lived a man who had been the gardener of the Emperor of Japan." Maar net als in alle sprookjes zijn het kwaad en het duister niet ver weg. Want verteller Yun Ling is de enige overlevende van een Jappenkamp, waar ze met een mismaakte hand en zonder haar zuster uit kwam. Over wat er precies gebeurd is, laat ze weinig los, maar zes jaar later, in 1951, wil ze een Japanse tuin aanleggen ter nagedachtenis aan haar zuster. Haar zuster was namelijk betoverd door de tuinen van Kyoto; bovendien was de enige manier voor de twee jonge vrouwen om tijdens de oorlog even aan de verschrikkingen van het leven in het kamp te ontsnappen het in gedachten aanleggen van een Japanse tuin.
Na de oorlog stortte de juriste Yun Ling zich eerst met grote verbetenheid op de vervolging van Japanse oorlogsmisdadigers in Maleisië, maar nu heeft ze eindelijk de tijd om zich aan haar zuster te wijden. Zelf weet ze weinig van tuinaanleg, maar vlakbij de theeplantage van vrienden van haar ouders woont Aritomo, de Japanner die ooit de tuinman van de keizer was en die in de in de bergen, temidden van het oerwoud, een beeldschone Japanse tuin heeft aangelegd. Yun Ling verbijt haar haat voor Japanners (de tuinman heeft tijdens de oorlog overigens verscheidene Maleisiërs het leven gered door zijn goede connecties met de bezetters) en vraagt of hij voor haar een Japanse tuin wil creëren.