dinsdag 15 juni 2010

De liefde voor wiskunde en honkbal

Yoko Ogawa,
The Housekeeper and the Professor (Japan 2003)
Roman, 280 pp.
Engelse vertaling door Stephen Snyder
Nederlandse titel: De huishoudster en de professor 



Ik ben helaas één van de weinige mensen die dit boek niet meer vindt dan "wel aardig" in plaats van "geweldig" en deze keer ligt het ongetwijfeld aan mij. Want het is een mooi verhaaltje. Een ongehuwde moeder met een zoontje van tien wordt als huishoudster uitgezonden naar een voormalige wiskundehoogleraar die lang geleden door een auto-ongeluk een hersenbeschadiging heeft opgelopen, waardoor hij niet langer dan 80 minuten achter elkaar nieuwe herinneringen kan aanmaken. Elke dag moet deze briljante mathematicus dus helemaal opnieuw beginnen en elke dag is hij vergeten wie de huishoudster is - maar elke dag is hij wel weer even dol op haar zoontje, zelfs al ziet hij het jochie steeds weer voor het eerst.

Het zijn de wiskunde en de wiskundige puzzels die zijn enige anker vormen in deze wereld. Maar niet zijn enige plezier, want het jongetje ontdekt dat de oude man en hij een gezamenlijke passie hebben: honkbal. En hier ligt de voornaamste reden waarom dit boek niet echt aansloeg bij mij. Als taal- en letterkundemens ga ik glazig kijken zodra ik met wiskundige formules word geconfronteerd en van honkbal word ik nog veel glaziger. 'Blèèh, alweer zo'n stomvervelende honkbalpassage; gauw overheen lezen.' Ik ben ook niet in staat, in tegenstelling tot de laagopgeleide huishoudster uit dit boek, om de duizelingwekkende schoonheid en elegantie van wiskundige formules te zien. Heb ik domweg een grote blinde vlek voor.

Wel jammer, want er was daardoor niet genoeg dat me greep en meesleepte. De voor mij oninteressante wiskunde- en honkbalpassages werden niet gecompenseerd door een opvallend mooie schrijfstijl of een originele plot. Pluspunten zijn het aardige gegeven en de sympathieke personages en het warmte van het boek. Maar ik vond het verloop van het verhaal erg voorspelbaar. En de simpele stijl leest weliswaar buitengewoon vlotjes, maar verder valt er weinig over te zeggen - wat overigens ook aan de vertaling kan liggen.

Al met al lijkt het me niet helemaal eerlijk om nog meer over een boek te zeggen waar niks mis mee is, maar dat duidelijk niet voor mij is. Trek je (behalve als je ook een hekel aan wiskunde en honkbal hebt) niks aan van mijn bespreking, maar ga dit boek vooral lezen, want statistisch gezien is de kans tien tegen één dat je het prachtig vindt.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten