zondag 15 mei 2011

De verdwenen ontdekkingsreiziger

David Grann, The City of Z: A Legendary British Explorer's Deadly Quest to Uncover the Secrets of the Amazon (VS 2009)
Reisverhaal, geschiedenis, 224 pp.
Nederlandse titel: De verloren stad Z


In 1925 trok "Colonel" Percy Fawcett voor de zoveelste keer de Amazonejungle in, er heilig van overtuigd dat hij deze keer eindelijk de verdwenen beschaving zou vinden waar hij al zo lang naar op zoek was en die hij de City of Z noemde. Hij had zijn expeditie grotendeels bekostigd door de rechten aan Amerikaanse media te verkopen en een enorm publiek volgde ademloos zijn vorderingen, totdat er op een dag plotseling niets meer van hem en zijn mannen gehoord werd. Fawcett was spoorloos verdwenen. Talloze reddingsexpedities werden opgezet om er achter te komen wat er van hem geworden was - de laatste nog zo recentelijk als 1996. Wilde geruchten deden de ronde, maar niemand vond ooit meer een spoor van Fawcett of zijn mannen.

Net als velen voor hem kwam David Grann (een journalist voor The New Yorker) op een gegeven moment helemaal in de greep van het raadsel van de verdwenen expeditie en het fabelland van de City of Z. Grann, een typische New Yorker zonder jungle-ervaring maar met overgewicht, ging zelfs zover dat hij een paar jaar geleden Fawcett achterna reisde, de verstikkende Braziliaanse jungle in. In dit boek komen we erachter wat hij ontdekte. Wat dat is, verklap ik natuurlijk niet. Buitengewoon sensationeel is het niet, maar interessant en redelijk geloofwaardig wel.

Fawcett in 1911 (bron: Wikipedia)
Maar dit boek gaat niet zozeer over Granns ontdekking, maar meer over wat eraan vooraf ging. Het is in afwisselende hoofdstukken het levensverhaal van Britse avonturier Percy Fawcett, van de reddingsexpedities die na hem kwamen, van de archeologie van de Amazonejungle en van Granns eigen toch de jungle in.  Eén van de eerste intrigerende feiten die Grann naar aanleiding van zijn onderzoek naar Fawcett ontdekte, was dat de Royal Geographical Society honderd jaar geleden over een daadwerkelijke opleiding tot ontdekkingsreiziger beschikte! En dat Fawcett, oorspronkelijk een Britse officier met standplaats Ceylon, die met goed gevolg had afgelegd en zowaar officieel gediplomeerd ontdekkingsreiziger was.

Fawcett's grootste kracht was zijn welhaast bovennatuurlijk blakende gezondheid. Waar iedereen om hem heen geteisterd werd door de akeligste jungleziektes had Fawcett nergens last van. Lees bijvoorbeeld hoe het een eerdere expeditiegenoot, James Murray was vergaan, die
seemed to be literally coming apart. One of his fingers  grew inflamed after brushing against a poisonous plant. Then the nail slid off, as if someone had removed it with pliers.  Then his right hand developed, as he put it, a "very sick, deep suppurating wound", which made it "agony" even to pitch his hammock. Then he was stricken with diarrhea. Then he woke up to find what looked like worms in his knee and arm. He peered closer. They were maggots growing inside him. He counted fifty around his elbow alone. (p. 117)
Fawcett, overtuigd van zijn eigen onoverwinnelijkheid, vindt iedereen die er niet dezelfde ijzeren constitutie op nahoudt een watje en Murray wordt alleen achtergelaten. Maar ook Fawcett onderging grote ontberingen, want hij en zijn mannen waren onmogelijk in staat om genoeg voedsel te vinden en kwamen meerdere keren zo goed als uitgehongerd weer in de bewoonde wereld terug. Dit gebrek aan voedsel was één van de redenen waarom de geleerden niet meer geloofden in El Dorado: de jungle was gewoon niet in staat om een complexe beschaving te voeden. Fawcett kwam echter stammen tegen die buitengewoon goed aan het oerwoud waren aangepast; niet alleen waren zij wel degelijk in staat om meer dan voldoende eten te vinden, ook beschikten ze over allerhande bush medicine uit dat zelfde oerwoud om niet levend opgegeten te worden door het ongedierte en te bezwijken aan de akelige ziektes waaraan de Europeanen en Amerikanen bij bosjes dood gingen. Eén van de sympathiekere trekjes van de complexe Fawcett is trouwens zijn respect en bewondering voor de Indianen, die hij steevast zonder geweld benaderde, een redelijk bijzondere aanpak destijds.

Fawcett had ook een Amerikaanse concurrent op zijn ontdekkingsreizen, multimiljonair Alexander Hamilton Rice. Waar Fawcett met zo klein mogelijke teams het oerwoud in trok, vertrouwend op uithoudings- en doorzettingsvermogen, gooide Rice er als typische Yank zoveel mogelijk dollars tegenaan om uitgerust met de allernieuwste technologische snufjes de jungle te bedwingen. Hij was de eerste die met een radio de bush introk, bijvoorbeeld. Maar ook Rice ontdekte de City of Z niet.

Ontdekt Grann die wel? Lees zelf. Dit is een boeiend en onderhoudend verhaal over één van de laatste echte ontdekkingsreizigers, steeds doorsneden met Granns eigen onderzoek en zoektocht, en met daar weer tussendoor fascinerende informatie over het Amazone-oerwoud toen en nu. Grann heeft het boek uitermate knap opgebouwd en het verwondert me niets dat dit boek niet alleen een bestseller is geworden, maar dat Barnes and Noble het uitriep tot het beste non-fictie boek van 2009.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten