woensdag 15 augustus 2012

Tibet: monniken en paarden

Aanvankelijk had ik een reis geboekt die naar Lhasa en omgeving ging, maar een tijdje vóór vertrek gooiden de Chinese autoriteiten ineens zonder tekst en uitleg de grenzen van de Tibetaanse Autonome Regio (TAR) dicht voor buitenlanders. Na enkele weken gingen ze, alweer zonder tekst en uitleg, wel weer min of meer open, maar de situatie bleef zo onzeker dat mijn reis door de reisorganisatie geannulleerd werd. Wat nu? Gelukkig bleek er een heel goed alternatief te zijn, te weten de regio Amdo in Oost-Tibet. Niet gelegen in de TAR, dus geen speciale inreisvergunning nodig, maar wel echt Tibetaans, want de Dalai Lama komt er vandaan, dus wat wil je nog meer?  Reisgegevens

Periode: juli-augustus 2012
Soort reis: georganiseerde rondreis
Organisatie: Dimsum Reizen
Accommodatie: eenvoudige hotelletjes
BezochtChengdu, Xining, Taersi, Xiahe, Langmusi, Henan, Guide, Tongren
Weerover het algemeen goed, met zo nu en dan regen; in Chengdu zeer heet en vochtig.
Dansende monniken

Onze reis staat in het teken van de festivals: een kloosterfestival, een paardenfestival en een sjamanenfestival. Het is in Tibet tot op het laatste moment altijd een beetje onduidelijk of en zo ja, wanneer en waar precies, die festivals doorgaan, maar we maken ze uiteindelijk allemaal mee en wat een ervaring is dat! In Taersi zien we de monniken dansen in kleurige kostuums en met indrukwekkende maskers op één van de binnenplaatsen van het enorme Kumbumkloostercomplex. Fascinerend, vooral de muziek van trommels, cimbalen en bekkens: ritmisch maar niet echt  opzwepend want te langzaam; zonder duidelijke melodie maar ook weer niet toonloos. Het beste woord is waarschijnlijk 'mysterieus' of 'hypnotiserend'. De dansen zijn weliswaar ceremonieel, maar komen ook weer niet al te plechtig over, de kostuums zijn schitterend kleurrijk. De betekenis en de symboliek van een en ander ontgaat ons helaas  (onze Tibetaanse gids weet het ook niet of zijn Engels is te slecht om het uit te leggen), maar zelfs zonder die kennis is het een prachtig schouwspel.

Dansende monniken tijdens het festival in het Kumbumklooster
Paardenfestivals

Op onze volgende bestemming, in de buurt van Xiahe, zou een paardenfestival plaats vinden. En warempel, ergens in the middle of nowhere in de graslanden zijn honderden Tibetanen (vooral mannen met brommers) samengestroomd met hun mooiste tenten voor de paardenraces. De paarden worden van te voren gezegend door ze met de klok mee rond een geïmproviseerd wierookheiligdommetje te leiden. De rotjes die daarbij worden afgestoken vallen niet bij alle paarden in even goede aarde, maar er zijn ook beesten die er tamelijk stoïcijns onder blijven. Er wordt op een schelphoorn geblazen en er werden honderden papiertjes met zogenaamde windpaarden erop de lucht ingegooid om de goden gunstig te stemmen. In de tenten wordt intussen lekker gegeten en wij hebben de gelegenheid rond te kijken en mensen te ontmoeten.

De paarden worden gezegend op het paardenfestival in de buurt van Xiahe.

Ongeveer een week later zijn we in een plaatsje (Henan) waar een nog veel groter paardenfestival wordt gehouden. Het festival zelf zal plaats vinden als wij al weer weg zijn, maar de vooravond maken we wel mee en daar is nog veel meer te zien dan op het paardenfestival van Xiahe: grote hoeveelheden fraaie tenten, zowel Tibetaanse als Mongoolse, prachtig klaargemaakt eten, schitterend uitgedoste mensen. Omdat Westerse toeristen schaars zijn in Oost-Tibet worden we overal enthousiast binnen genood en gaat iedereen vol trots voor onze camera's poseren.

Een eindje verderop is het weiland waar de volgende dag de races gehouden worden en waar de mannen (de vrouwen hebben het te druk met eten klaarmaken ... zucht) bezig zijn de paarden in te rijden. Er lopen zelfs een paar monniken rond, die dit festival duidelijk ook erg interessant vinden.

Feestmaal in een tent op het paardenfestival van Henan.

Sjamanen

Het sjamanenfestival van Tongren, dat we bijwonen in de laatste week  dat we hier zijn, schijnt uniek te zijn in Tibet, want het stamt nog uit de langvervlogen tijd voordat het Boeddhisme werd ingevoerd (dat wil zeggen, van vóór de achtste eeuw). Er komen geen monniken aan te pas en de hoofdrollen zijn voor twee in trance verkerende sjamanen en voor de mensen uit de omgeving. Een grote groep bijzonder aangeklede mannen, van kleine jongetjes tot oude mannen, danst op langzame trommelmuziek op de binnenplaats van een klooster en brengt offers aan de plaatselijke berggod (als ik het tenminste goed heb begrepen). Voor de oudste sjamaan is het een beetje oppassen, want hij geeft iedereen die te dicht in zijn buurt komt een harde duw (ook nietsvermoedende omstanders), maar daar kijken we hem niet op aan, want het komt natuurlijk door de trance.

De mannen van Tongren tijdens het sjamanenfestival daar.


En dan verschijnen er plotseling wonderbaarlijk mooi uitgedoste meisjes in het kloostercomplex. Zij zullen straks ook meedoen aan de dansen en de rituelen, maar je vraagt je af hoe ze met de loodzware kralen aan hun slapen (en nee, ze zijn niet van plastic; ik heb gevoeld) en de minstens even loodzware sieraden aan het haar op hun rug nog kunnen bewegen. Meerdere van de meisjes hebben een pijnlijke blik op het gezicht en je ontkomt niet aan de indruk dat de mannen het een stuk leuker hebben met hun veel grotere bewegingsvrijheid. Er wordt even later inderdaad gedanst door de meisjes, maar gezien hun loodzware uitdossing bestaat het dansen uitsluitend uit langzaam voortschrijden en voorzichtig om de as draaien. Een heel bijzonder gezicht is het wel en ik blijf maar foto's maken.

De meisjes van Tongren maken zich klaar voor de dansen op het sjamanenfestival.

Levende kloostercultuur

Oost-Tibet heeft niet de spectaculair hoge bergtoppen van Centraal-Tibet, maar voor Nederlanders is het verblijf op hoogtes tussen de 2.500 en 3.500 meter  al bijzonder genoeg, en de graslanden, met hun kleurrijke nomaden, zijn ook erg mooi. Veel kloosters in dit gebied die tijdens de Culturele Revolutie werden vernietigd zijn weer in al hun glorie opgebouwd en er zijn zelfs klooster die de vernielingen overleefd hebben. Er wonen niet meer de enorme aantallen monniken van vroeger, maar kloosters als die van Kumbum en Labrang zijn nog steeds indrukwekkend groot en de kloostercultuur is springlevend. Het voornaamste verschil met vroeger is dat de monniken nu allemaal een mobieltje hebben en dat je niet vreemd op moet kijken als een meneer in een rode pij de dansen op een kloosterfestival staat te filmen met zijn iPhone.

Het klooster van Da Cang Lang in Langmusi.

2 opmerkingen:

  1. Hallo Anne, wat een mooi verhaal, met prachtige foto's. Ik denk dat het een prachtige reis is geweest. Al zoekende op het web, kwam ik je website tegen. Ik vind 'm prachtig. groet Jolanda

    BeantwoordenVerwijderen
    Reacties
    1. Dank voor je compliment, Jolanda. Het was inderdaad een prachtige reis en de Himalaya is inmiddels één van mijn favoriete gebieden om naar toe te gaan.

      Verwijderen