maandag 4 januari 2010

Een licht kwaadaardig sprookje

Sylvia Townsend Warner,
Lolly Willowes or The Loving Huntsman (GB 1926)
Roman, 247 pp.
Niet in het Nederlandse beschikbaar


Het is 1902. Laura Willowes is tegen de dertig, ongetrouwd, niet onbemiddeld, en nu beide ouders overleden zijn, is er uiteraard maar één manier waarop ze nog wat met haar leven kan doen: zich nuttig maken bij broer en schoonzuster en meehelpen met de kindertjes. Laura wordt niet geacht zelf iets met haar leven te willen, en inschikkelijk als ze is, gaat Laura daar braaf in mee en wordt zo getransformeerd tot Aunt Lolly. Aunt Lolly wordt alom gewaardeerd als een bijzonder praktisch meubelstuk, maar niemand vraagt haar ooit wat ze zelf zou willen.

Bijna 20 jaar later en één wereldoorlog verder begint er bij Laura steeds vaker iets te knagen aan haar routineuze Londense leventje, maar wát is onduidelijk. Op een dag, bij een groenteboer die ook bloemen verkoopt, heeft Laura plotseling een soort openbaring en weet ze wat haar te doen staat: terug naar het platteland en weg van die knellende familiebanden in Londen. Broer en schoonzus verklaren haar voor gek, broer verbiedt haar te gaan, maar Laura is 48 en broer kan dood vallen. Binnen de kortste keren woont Laura in Great Mop (ruim 200 zielen) en langzaam begint ze weer te ademen.

Er is trouwens wel iets eigenaardigs met Great Mop: de mensen zijn niet onvriendelijk, maar komen nauwelijks bij elkaar om praatjes te maken en vaak ze zijn ze tot diep in de nacht op. Ook hoort Laura in het holst van de nacht soms eigenaardige muziek. Ze staat daar echter niet te lang bij stil en denkt "het zal wel", want ze is voor het eerst sinds lange tijd weer gelukkig en dat is het enige dat telt.

Tot zover lijkt dit een tamelijk voorspelbaar terug-naar-de-natuur verhaaltje, alhoewel de stijl meteen al iets eigens heeft: er is iets van lichte, lichtvoetige excentriciteit. En net als je denkt dat je weet welke kant het verhaal op gaat rollen, geeft Townsend Warner het balletje onverwacht een klein zetje en gaat het ineens een heel andere kant op. Telkens weer. Het platteland van Laura is er bijvoorbeeld niet alleen één van groene weides en lieve bloempjes, maar vooral één van buien en harde wind en nattigheid en duisternis:
The country was desolate and half-lit, and she walked there alone, mistress of it, and mistress, too, of the terror that roamed over the blank fields and haunted around her. (p. 135)
Dit is op de een of andere manier van groot belang voor Laura, maar ze begrijpt niet waarom. Lente brengt vervolgens (conform verwachting) een hoop plezier en vreugde - maar ook bezoekende familieleden en eentje wil tot haar grote ontzetting zelfs blijven. Maar dan gebeurt het: Laura wordt uitgenodigd voor een avondwandeling met haar hospita en hier ontdekt ze als het ware haar roeping en nog een aantal andere dingen, zoals waarom de mensen in het dorp een beetje anders zijn dan andere plattelanders. Dit alles klinkt een beetje als een flauw soort New Age fabeltje, maar dat is het niet. Het is eerder een tikje kwaadaardig sprookje, eentje niet met elfjes maar met heksen, niet met engeltjes maar met duiveltjes.

Uiteindelijk eindigt Laura's zoektocht uit in het inzicht dat vrouwen een ander soort leven moeten kunnen leiden, niet een leven dat geharnast wordt door conventies en de zorg voor anderen, maar een leven waarin ook plaats is voor gevaar en duisternis (vandaar de buien en de harde wind).
'Women have such vivid imaginations, and lead such dull lives; they are so dependent upon others, and their dependence so soon becomes a nuissance.' (p. 234)
Juist vrouwen moeten daarom uit kunnen breken, om hun levendige fantasie de ruimte te geven en om ook eens voor zichzelf te leven. En duisternis is niet iets om bang voor te zijn, heeft Laura ontdekt.

En zo is dit boek een pleidooi voor minder star plichtsbesef voor vrouwen, voor avontuur, voor onafhankelijkheid, voor de vrijheid om ook eens niet nuttig en niet braaf te zijn. In 1926 was dat een behoorlijk radicale boodschap en het boek heeft door de originele vertreltrant en het fantasievolle verhaal nog steeds een zekere frisheid en eigengereidheid. Goed dat Virago het tien jaar geleden weer opnieuw heeft uitgebracht.

2 opmerkingen:

  1. Blij dat je het ook goed vond!

    Elfjes kunnen trouwens ook kwaadaardig zijn, haar verhalenbundel Kingdoms of Elfin (zo'n 50 jaar na Lolly Willowes geschreven) staat er vol mee. Of misschien is 'harteloos' een beter woord.

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Harteloze elfjes! Die Sylvia Townsend Warner was beslist een origineel en bijzonder iemand!

    BeantwoordenVerwijderen