zaterdag 13 augustus 2022

Een verdwenen Spanje

Laurie Lee,
As I Walked Out Onde Midsummer Morning (GB 1969)
Reisverhaal, 198 pp.
Nederlandse titel: Die zomerochtend waarop ik van huis wegwandelde


Op een ochtend in juni 1933 verliet de jonge Laurie Lee het dorp in Gloucestershire waar hij was opgegroeid, bedroefd nagestaard door zijn moeder, om de wijde wereld in te wandelen. Hij had zelfs nog nooit de zee gezien, laat staan Londen, zijn voorlopig eindbestemming. Maar hij had alle tijd en kon dus rustig een paar dagen omlopen naar de kust om de zee op zich in te laten werken. De wereld draaide destijds sowieso een heel stuk langzamer, met veel eeuwenoude voetpaden en weinig autowegen. Ook in 1969, toen Lee dit boek schreef, was daar weinig meer van over. "Most of the old roads have gone, and the motor car, since then, has begun to cut the landscape to pieces, through which the hunched-up traveller races at gutter height, seeing less than a dog in a ditch."

Crisis
Het Engeland van 1933 had zwaar te lijden onder de economische crisis, met een schrijnend gebrek aan werk. Door het hele land liepen permanent zwervers, wanhopig op zoek naar een baantje en een paar centen om van te overleven.
They were like a broken army walking away from a war, cheeks sunken, eyes dead with fatigue. Some carried bags of tools, or shabby cardboard suitcases; some wore the ghosts of city suits; some, when they stopped to rest, carefully removed their shoes and polished them vaguely with handfuls of grass.
Lee trekt met meerdere van hen op, want hij heeft zelf immers ook geen werk en amper geld. Het grote verschil is echter dat hij nog heel jong is en zelf voor het zwerven heeft gekozen.

Die andere jonge wandelaar en reisschrijver
In precies deze zelfde periode was er nog een jonge Engelse zwerver die later een beroemd reisschrijver zou worden: Patrick Leigh Fermor, die van Hoek van Holland naar Istanbul zou wandelen en daar een schitterende trilogie over zou schrijven (lang nadat Lee zijn relaas had gepubliceerd, overigens). De vergelijking ligt voor de hand, maar Laurie Lee was van hele andere komaf, geen upper middle class maar working class. Hij kon niet even onderweg geld over laten maken zoals Leigh Fermor, maar moest elke cent die hij uitgaf eerst zelf verdienen. Hij had geen adellijke connecties met kastelen waar hij een tijdje kon bijkomen.

Lee wilde uiteindelijk naar Spanje maar om de overtocht op een vrachtschip te bekostigen werkte hij eerst tijdenlang als los bouwvakker in Londen, waar hij zeer smakelijk en kleurrijk over schrijft, vooral als hij in een ploeg met ex-gevangenen komt te werken. “... we had a little of everything: safe-breakers, cat-men, dopers, a forger ruined by rheumatism, a bigamist past his prime, and a specialist who picked locks with his celluloid shirt collar.” 

Primitief en feodaal
Maar uiteindelijk maakt hij de overtocht naar Spanje, naar een haven in het noordwesten, want verder reikte zijn geld niet. Met zijn oude viool, waar hij de kost mee moet verdienen, trekt hij vervolgens de binnenlanden in. Het Spanje van vlak voor de burgeroorlog lijkt in niets op de toeristische trekpleister van nu. De bevolking is voor het grootste deel straatarm; het leven is primitief en de heersende klasse is oer-conservatief, bijna middeleeuws feodaal. Hij slaapt de eerste nacht buiten, maar een aanval door wilde honden doet hem toch maar een soort herberg opzoeken, met een kamer “where I found six beds, full of men and fleas. Fowls were roosting in the rafters, and an old man lay fully clothed on the floor, fast asleep, with a goat tethered to his ankle. The room was stifling, but the straw bed was soft. And there I slept, my head roaring with Spain.

Verzengende vlaktes en vergane glorie
Lee schrijft schitterend, wat mij betreft nog beter dan Leigh Fermor, die zich nog wel eens in mooischrijverij wil verliezen. Het proza van Lee is strakker, maar altijd beeldend en treffend. Je trekt met hem mee door de verzengende vlaktes van Centraal-Spanje, door eenzame bergen, door steden met vooral vergane glorie, en hoe zuidelijker hij komt, hoe armoediger het wordt. 
I’d been travelling through Spain in a romantic haze, but as I came south the taste grew more bitter. Cádiz at that time was nothing but a rotting hulk on the edge of a disease-ridden tropic sea; its people dismayed, half-mad, consoled only by vicious humour, prisoners rather than citizens.
Oorlogsgeruchten
Uiteindelijk blijft hij een tijd hangen in een dorpje aan de zuidkust, en vindt een baantje in een hotel waar maar weinig mensen komen. Het is daar dat hij de eerste geruchten over een komende burgeroorlog verneemt en hij verblijft daar even later nog steeds, als er daadwerkelijk oorlog uitbreekt. De socialisten hebben de verkiezingen gewonnen en de fascisten zullen er wel even voor zorgen dat 'die rooien' de macht zo snel mogelijk weer kwijt zijn – met geweld. Het dorp van Lee staat aan de kant van de socialiste regering en er wordt halsoverkop een militie op poten gezet, van het kaliber ouwe donderbuksen en hooivorken. Net op de avond dat deze militie (tot de tanden toe bewapend) is vertrokken naar het naburige dorp om de fascisten daar mores te leren, wordt het dorp van Lee tot ieders stomme verbazing aangevallen door een gevechtsschip. Een huis stort in, er valt een dodelijk slachtoffer, voordat de gezagvoerder van dit regeringsschip erachter komt dat ze het verkeerde dorp te pakken hebben en dat het eigenlijke doelwit het dorp is waar de militie net zo strijdlustig naartoe is gereden. Inmiddels is diezelfde militie weer onverrichter zake teruggekeerd, want ze hadden vergeten munitie mee te nemen.

The Navy to the rescue
Van hilarisch wordt het vervolgens bijna surrealistisch als er ineens volkomen onverwacht een schip van de Britse Navy voor de kust opdoemt dat Lee en andere Britten komt repatriëren. En zo is onze schrijver plotseling weer terug in Engeland. Maar niet lang. Want het eindigt ermee dat hij zich vanuit Frankrijk over de Pyreneeën laat smokkelen om mee te vechten tegen de fascisten. En dat verhaal wordt verteld in A Moment of War, deel 3 van dit drieluik van memoires.

Deel 1 was trouwens het heerlijke Cider With Rosie, over zijn rommelige en gelukkige jeugd in de Cotwolds, maar dit boek vond ik nog beter: prachtig geobserveerd, prachtig geschreven, poëtisch, humoristisch en geen moment saai. Ik heb het meteen gebombardeerd tot één van mijn favoriete reisverhalen ooit. Ik ben benieuwd of het vervolg net zo geweldig is. De Literary Review beschreef het in ieder geval als "a great, heart-stopping narrative of one young Englishman’s part in the war in Spain … crafted by a poet, stamping an indelible image of the boredom, random cruelty and stupidity of war", dus ik ben benieuwd.

PS Aarzel niet om je eigen commentaar toe te voegen. Ik stel het zeer op prijs als mensen de moeite nemen om reacties of aanvullingen te plaatsen. Heb je dit boek besproken op je eigen blog? Dan zou het fijn zijn als je een link bij de reacties plaatst.

4 opmerkingen:

  1. Ik heb deze boeken voor mijn gevoel al mijn hele leven op m'n lijstje staan...zo lang dat ik soms denk dat ik ze al gelezen heb 😊
    Die van Patrick Lee Fermor ook, maar deze krijgen dan toch voorrang! Lijkt me ook erg geschikt leesvoer voor de zomer...

    BeantwoordenVerwijderen
    Reacties
    1. Vooral Cider With Rosie is een heerlijke summer read , Joke. Echt iets voor nu..

      Verwijderen
  2. Reacties
    1. Is het ook, Hella. Je reist niet alleen naar een ander land, maar ook naar een andere tijd, en alle ongemakken zijn lekker voor de schrijver. Waarlijk superieur leunstoelreizen.

      Verwijderen