vrijdag 16 april 2010

Er waren eens twee broers

Philip Pullman, The Good Man Jesus and the Scoundrel Christ (GB 2010)
Roman, 245 pp.
Nederlandse titel: De goede man Jezus en de schurk Christus


Atheïst Philip Pullman is in zijn Northern Lights-trilogie (een bijzonder aardige fantasyserie voor jongeren) niet erg positief over het instituut kerk en in bepaalde kringen in de VS wordt hij wel afgeschilderd als de Antichrist. Allemaal zwaar overdreven, zo erg is het nou ook weer niet, maar ik was toch wel nieuwsgierig toen hij onlangs in de Canongate Myths-serie een roman uitbracht met de titel "The Good Man Jesus and the Scoundrel Christ". Het boek viel vervolgens een tikje tegen, maar dat komt omdat ik op iets controversiëlers en prikkelenders had gerekend. Zelfs Rowan Williams, aartsbischop van Canterbury, en Richard Holloway, voormalige Bischop van Edinburgh, waren er redelijk positief tot positief over in respectievelijk The Guardian en The Observer. Williams noemt het 'a very bold and deliberately outrageous fable', maar zegt ook dat 'the narrative is mostly Pullman at his very impressive best'. Outrageous? Nou, wat mij betreft niet, maar ik ben dan ook geen gelovige en op dit gebied dus moeilijk te schokken.

Toch heb ik dit werk wel met interesse gelezen. Op de achterkant staat in opzichtige koeieletters: "This is a story". Dat is natuurlijk allereerst om aan te geven dat we het boek niet letterlijk moeten nemen als een serieuze interpretatie van het leven van Jezus, maar het heeft ook alles te maken met één van de centrale thema's van dit boek, namelijk hoe wezenlijk Het Verhaal is geweest voor de verspreiding en het succes van het Christendom. In Pullmans versie van het verhaal brengt Maria een tweeling ter wereld. De eerste heet Jezus en de tweede, moeders lievelingetje, een ziekelijk teruggetrokken jochie, wordt Christus genoemd. Dat is een bijnaam, niet zijn echte naam, die wordt nergens genoemd, maar de oplettende lezer kan die op een gegeven moment zelf invullen. Jezus ontwikkelt zich tot een hartstochtelijke en charismatische peroonlijkheid, Christus blijft een achtergrondfiguur die observeert en registreert.

Het verhaal volgt en klinkt qua taalgebruik grotendeels als de bekende evangelieverhalen, alleen steeds net een beetje anders. Alle 'wonderen' komen nu namelijk voort uit de verbeelding van Jezus' volgelingen of worden een handje geholpen. Zelf moet Jezus niks van dat soort dingen hebben. Maar Christus ziet het grote belang ervan maar al te goed in:
'I know you want to do the will of God. But you must consider the effect you could have - the effect on ordinary people, simple people, ignorant people. They can be led to the good, but they need signs and wonders. They need miracles. [...]' 
'You think the word of God can be conveyed by conjuring tricks?'
'That's a harsh way of putting it. Miracles have always been part of God's way of convincing his people.' (p. 40)
Jezus heeft het charisma en de begeestering, Christus heeft de visie: hij ziet een machtige organisatie waarvoor zelfs de keizer moet buigen. Hij ziet missionarissen naar alle uithoeken van de wereld gaan.
'I can see all doubt vanquished, I can see all dissent swept away, I can see the shining faces of the faithful gazing up in adoration on every side. I can see the majesty and the splendour of the great temples, the courts, the palaces devoted to the glory of God [...] Won't you join me in this?' (p. 43-4)
Jezus veracht zijn broer en gaat door met zijn, in de ogen van de autoriteiten, subversieve daden en preken. Inmiddels krijgt Christus bezoek van een geheimzinnige vreemdeling, die hem opdraagt alles over Jezus op schrift te stellen voor het nageslacht - alleen dan niet als een historicus die letterlijke feitjes opslaat, maar als iemand die de waarheid daarachter weergeeft, compleet met wonderen, vooral met wonderen, want daarin schuilt de waarheid: 'The truth that irradiates history [...]. The truth that waters history as a gardener waters his plants. The truth that lights history as a lantern banishes the shadows.' (p. 224)

En aan het eind, als Jezus is verraden en gestorven en de vreemdeling een wederopstanding in scène heeft gezet, is de boodschap van de vreemdeling definitief doorgedrongen tot Christus. Hij staat te popelen om het verhaal van Jezus te vertellen,
'[...] not just for the sake of making a record of what happened: I want to play with it; I want to give it a better shape; I want to knot the details together neatly to make  patterns and show correspondences, and if they weren't there in life, I want to put them there in the story, for no other reason than to make a better story. (p.  244)
En aldus geschiedde en aldus heeft Christus gelijk gekregen, want dankzij een ijzersterk verhaal en een machtige organisatie zijn er na twee millennia nog steeds miljoenen volgelingen van Jezus over de hele wereld. De moraal? Die mag iedereen zelf bedenken.

Onderdeel van de interessante Canongate Myths Series, net als het eerder besproken The Fire Gospel van Michel Faber en Girl Meets Boy van Ali Smith. 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten